stpauls

 

 

london

Grammar

Tenses

Onregelmatige werkwoorden (go - went - gone)

filmpje 1 Irregular Verb Song, Max the Cat 1

filmpje 2 Irregular Verb Song, Max the Cat 2

filmpje 3 Irregular Verb Song, Max the Cat 3

oefening 1 onderscheiden van (on)regelmatige werkwoorden

oefening 2 invullen ontbrekende vormen

oefening 3 invullen van tabel met onregelmatige werkwoorden

oefening 4 een kruiswoordraadsel met onregelmatige werkwoorden

oefening 5 een kruiswoordraadsel met onregelmatige werkwoorden

oefening 6 een kruiswoordraadsel met onregelmatige werkwoorden

oefening 7 interactief oefenen met de vormen

oefening 8 invullen van tabel met onregelmatige werkwoorden

oefening 9 quiz met de vormen van de onregelmatige werkwoorden

oefening 10 een interactieve oefening met 1 of 2 deelnemers over de verleden tijd

oefening 11 een invuloefening met de verleden tijd

oefening 12 een invuloefening met de verleden tijd

oefening 13 een invuloefening met het voltooid deelwoord

oefening 14 een invuloefening met verleden tijd en voltooid deelwoord

oefening 15 invullen van een tabel van onregelmatige werkwoorden

Past Continuous (He was going)

oefening 1 oefenen met de vorm van de Past Continuous

oefening 2 oefenen met de vorm van de Past Continuous

oefening 3 oefenen met de vorm van de Past Continuous

 

Present Perfect (He has gone)

oefening 1 oefenen met de vorm van de present perfect)

oefening 2 oefenen met de vorm van de present perfect)

 

Simple Present - Present Continuous (He goes - he is going)

oefening 1 oefenen met het gebruik van simple present - present continuous)

oefening 2 oefenen met het gebruik van simple present - present continuous)

oefening 3 oefenen met het verschil tussen simple present - present continuous m.b.t. 'algemeen' en 'op dit moment')

oefening 4 oefenen met het gebruik van simple present - present continuous)

Simple Past - Past Continuous (He went - he was going)

oefening 1 herken je een 'simple past' of 'past continuous'?)

oefening 2 oefenen met het gebruik van simple past - past continuous)

oefening 3 oefenen met het gebruik van simple past - past continuous)

Simple Past - Present perfect (He went - he has gone)

oefening 1 oefenen met gebruik van simple past - present perfect)

oefening 2 oefenen met gebruik van simple past - present perfect)

oefening 3 oefenen met gebruik van simple past - present perfect)

oefening 4 oefenen met gebruik van simple past - present perfect)

oefening 5 wanneer gebruik je 'for' en 'since')

 

 

Tag-questions (He has't gone, has he?)

oefening 1 'tag' invullen)

oefening 2 'tag' invullen)

oefening 3 'tag' invullen)

oefening 4 meerkeuze met de 'tag')

oefening 5 meerkeuze met de 'tag')

oefening 6 meerkeuze met de 'tag')

Toekomende tijd (he will go - he is going to go)

oefening 1 will of to be going to

oefening 2 will of to be going to

oefening 3 will of to be going to

oefening 4 will of to be going to